Onze projectleiders meet- & regeltechniek kennen de markt én vanuit hun technische interesse ook de vele toekomstige mogelijkheden van ons vak. Vanuit hun achtergrond en kennis gaan hun ambities vaak verder dan die van een installateur of gebouwbeheerder. Michael Goudzwaard schetst toekomstscenario’s voor de gebouwautomatisering. “Leer van de toenemende data die gebouwen en de buitenwereld je aanbieden.”
“Ik zie dat we in een overgang zitten naar slimmere gebouwen. Daarom vind ik het bijzonder dat toch nog veel gebouwen en installaties alleen worden ingeregeld op basis van de buitentemperatuur. Het is toch zonde dat je in de ochtend de boel opstookt terwijl je dan al weet dat het vanmiddag 28 graden wordt? Het is jammer dat veel relevante en beschikbare gegevens nog te weinig worden meegenomen in de regeling van het binnenklimaat. Zaken als isolatiewaarden, interne warmtelast, gebruikersgedrag, windrichting enzovoorts helpen allemaal mee om een gebouw energiezuiniger te kunnen verwarmen of koelen.”
“We hebben steeds meer data die kunnen helpen om een gebouw slimmer te maken. Als we zien dat een vergaderzaal twee weken niet is gebruikt, dan hoef je deze ook niet dagelijks schoon te maken. Dat soort gegevens gaan een steeds grotere rol spelen, ook in de regeltechniek.
Een belangrijke ontwikkeling is om naast nieuwbouw een digitaal tweelinggebouw op te zetten. Met hulp van Artificial Intelligence, data die uit het reële gebouw komen én informatie van buiten leert het digitale gebouw het gebruik kennen. De algoritmes bepalen dan steeds nauwkeuriger welke installatie op welk moment moet worden aangestuurd. Door eventuele bijstelling van de facilitair manager in het echte gebouw leert het systeem nóg beter presteren.”
“Dat brengt me bij een omslag in het denken dat heel langzaam wordt ingezet: ad hoc onderhoud op basis van storingen wordt in de toekomst actief en preventief beheer op basis van monitoring. Nu lijkt nog de gedachte dat als je een installatie en de meet- & regeltechniek oplevert het ‘klaar’ is. Maar eigenlijk begint het juist dán pas. Doordat je een gebouw en het gebruik ervan leert kennen kun je de prestatie van de installatie optimaliseren. Van een prestatie maak je dan een topprestatie. We zullen als branche met nieuwe software, tools en dienstverlening in de toekomst meer en meer prestatiecontracten gaan afsluiten. Bij een project voor het Strabrecht College hebben we hier al de eerste stappen mee gezet. Samen met opdrachtgever BINX werken we nu aan een volgend project waarbij bij de bouw al is ingezet op monitoring, onderhoud en preventie. Dat wordt in mijn ogen de toekomst. Ik kijk er naar uit!”
